Stage

Organisatie.

Praktisch geschoolde jongeren
Waardevolle en gewaardeerde krachten
Ook in uw bedrijf!

De directe voorbereiding op arbeid is het meest kenmerkende van het praktijkonderwijs. Uitgebreide stages in bedrijven of instellingen zijn van groot belang voor deze leerlingen. De stages vinden in het algemeen plaats in het vakgebied, waar de belangstelling en talenten van de leerling liggen.
Zes gespecialiseerde leerkrachten, stageleraren, zorgen voor een intensieve begeleiding van de stagiaires. De stageleraren hebben regelmatig telefonisch contact met de bedrijven / instellingen en komen eens in de vijf à zes weken langs op de werkvloer.
De stageleraren leggen het verloop van de stages vast in een stageverslag. Bij het begin van de stage worden afspraken gemaakt over de aard van de werkzaamheden en de aandachtspunten.

Stages ook in uw belang.
U wilt graag personeel dat adequaat is voorbereid op de werkzaamheden in uw bedrijf of instelling. Het beschikbaar stellen van een stageplaats aan een leerling uit het praktijkonderwijs, biedt u de mogelijkheid vast te stellen of hij/zij voldoet aan de eisen die u stelt.

De voorbereiding.

In onderbouw 3 volgen de leerlingen één morgen per week het vak “arbeid”. Onderdeel van deze ochtend is ook het vak beroepenoriëntatie. Deze ochtend wordt ingevuld door de stageleraar, die vanaf februari ook de stagebegeleiding van deze groep op zich gaat nemen. Zo heeft de stageleraar op het moment dat de leerling voor het eerst de school uitgaat voor een stage al een heel goed beeld van hem of haar. Dan moet u denken aan onderdelen als: inzet, motivatie, werktempo, concentratie, nauwkeurigheid, verantwoordelijkheid, inzicht en omgaan met kritiek.

Daarnaast geven de keuzevakken en het vak beroepenoriëntatie zicht op de interesse en de mogelijkheden van de leerling. Tenslotte wordt de stagegeschiktheid van leerlingen getoetst in een assessment, dat afgenomen wordt in het jaar dat de leerlingen in bovenbouw 1 zitten.

Verloop van de stage.

De stage start halverwege in onderbouw 3 met de beginstage en deze vindt plaats in een gezin of op een andere plek waar hele directe begeleiding mogelijk is en waar er bijna één op één gewerkt wordt, zoals in een buurthuis of clubgebouw. De leerlingen zijn dan ongeveer 14 á 15 jaar oud.

In bovenbouw 1 wordt deze stage voortgezet op een andere plek. Ook hier is het de bedoeling dat er zeer directe begeleiding mogelijk is en waar er bijna één op één gewerkt wordt, zoals in een buurthuis of clubgebouw. Leerlingen die er aan toe zijn starten op dat moment al met hun oriënterende stage. Zij gaan dan één dag per week naar een bedrijf of instelling.

In bovenbouw 2 start de vervolgstage. Deze is twee dagen per week. In bovenbouw 3 krijgt dat een vervolg en loopt de leerling drie dagen stage per week. Uiteindelijk loopt de leerling in bovenbouw 4 vier dagen per week stage, de zogenaamde plaatsingsstage. Met de werkgever is dan een principeafspraak gemaakt dat deze stage uiteindelijk, bij gebleken geschiktheid, leidt tot een dienstverband. De leerling is dan vaak 18 jaar.

Bovenstaande is de rode draad. Regelmatig wordt van deze lijn afgeweken, als het in het belang van de leerling is. We proberen ten allen tijde maatwerk te leveren.

Aard van het werk.

In elke bedrijfssector kan de praktijkschoolleerling terecht. Het maakt hierbij niet uit of het om een klein of een groot bedrijf gaat. In alle bedrijfsorganisaties zijn werkzaamheden die door praktijkschoolleerling kunnen worden verricht. Het gaat veelal om de aard van de werkzaamheden. In het algemeen komen onze leerlingen het best tot hun recht bij goed gestructureerde werkzaamheden waar de volgende sleuteltermen van toepassing zijn:

  • assisterend
  • laag geschoold
  • overzichtelijk
  • niet complex
  • routinematig / seriematig

Welke richtingen?

Onze leerlingen lopen stage en stromen uit in allerlei richtingen. Om U een idee te geven in welke richtingen onze leerlingen zoal werk vinden staan hieronder de richtingen.

  • Bouw.
  • Catering / voeding.
  • Fabriekswerk / productie.
  • Groenvoorziening.
  • Houtbewerking / meubelindustrie.
  • Magazijn.
  • Metaalbewerking.
  • Schoonmaakwerk.
  • Technische diensten.
  • Vervoer.
  • Verzorgende sector.
  • Winkelwerk.

Subsidiemogelijkheden.

Werknemers die schoolverlaters in dienst nemen kunnen gebruikmaken van een aantal subsidiemogelijkheden en een belastingmaatregel.

  • Kortingen/vrijstellingen werkgeversverzekeringen
  • Geen verplichting van doorbetaling van loon bij ziekte
  • Belastingvoordelen
  • Loondispensatie

De stageleraren kunnen u hier meer over vertellen.

Nazorg.

Nadat de leerling de school verlaten heeft, bieden we nog een jaar nazorg aan. De winstpunten van deze nazorg zijn:

  • Het stevig wegzetten van de (oud) leerling
  • De overstap naar het bedrijfsleven soepel laten verlopen
  • Tijdig eventuele problemen signaleren en oplossingen zoeken

De nazorg wordt verleend door de eigen stageleraar.

Het stagebureau.

Het stagebureau is de plek binnen school van waaruit de stageleraren werken. De stagiaires lopen er regelmatig binnen of worden er uitgenodigd voor een gesprek. Ook het contact met de stagebedrijven wordt van daaruit geregeld. De stagebegeleiders vanuit bedrijven of instellingen kunnen indien nodig altijd contact opnemen met school.

Contact opnemen met het stagebureau kan via de administratie van de school: 074 – 291 62 57.

Voor algemene vragen kunt u terecht bij René Korf (stagecoördinator). Als u weet welke stageleraar u moet hebben kunt u ook hem of haar ook rechtstreeks benaderen.

Mailen met de stageleraar kan ook. Bij deze de mailadressen van alle stageleraren:

Ton Njoo: t.njoo@osghengelo.nl
Anita Reusink: a.reusink@osghengelo.nl
Marjolein Venhuis: m.venhuis@osghengelo.nl
Zoya Visser: z.visser@osghengelo.nl